knock | EUdict | English>Dutch

Results for: knock

English	Dutch
knock	klop; slag; aanmerking (spreektaal), kloppen; slaan; stoten; een aanmerking maken (spreektaal); doen verbazen (spreektaal), klappen, opvallen
ejection; knock-out	uitwerping
ejector pin; knock-out pin; push-out pin	uitdrukpen
ejector plate; knock-out plate; knocker pad	uitwerpplaat
ejector unit; knock-out unit	uitwerpeenheid
ejector; knock-out; kicker	uitstoter
ejector; knock-out; kicker	uitwerper
engine knock	pingelen
knock down	vellen, neervellen, neerhalen, tegen de grond slaan, vloeren; bekritiseren
knock out	vloeren, knock-out slaan; met stomheid slaan; (ergens) uitslaan; verdoven; (i.h.b. sport) uitschakelen; rammelen (op muziekinstrument)
ram; slide; tappet; knock-out; ejector	stoter
to eject; to knock out; to kick out	uitwerpen
to knock off	afkloppen
to knock; to chuck	tokkelen
to patch together; to knock together; to concoct	samenflansen

Translations: 1 – 15 / 16

Total number of language pairs: 544
Total number of translations (in millions): 15.4